Inspiratie

Eindelijk voorstelling!

De techniek van Scapino opent de dag. Het blijft raar dat ze in twee uurtjes de voorstelling van morgen alvast belichten en vervolgens weer verdwijnen. Dat hoort bij de Dansdagen, waar elke dag te kort is om te doen wat je graag zou willen, zodat je de voorbereiding voor die twee avonden in blokjes opknipt en uitstrooit over de week. Maar het blijft tegen het theatergevoel ingaan: stap voor stap toewerken naar die piek in de avond.

Intussen verschijnt de televisieploeg. De mannen trekken kabels, de vrouwen installeren zich in hun productiekantoor. Vandaag arriveert iedereen uren voordat hij of zij ‘aan de beurt is’. We voelen het, het hangt in de lucht, het maakt deze dag anders dan de voorafgaande: vanavond voorstelling!

We zijn er echt aan toe, na dagen van kabels trekken en lampen stellen. Fijn dat de dansers er zijn, de choreografen, repetitoren, dramaturgen en vormgevers. En in de loop van de middag arriveren de mensen waar we het voor doen: het publiek! De meesten komen van ver, rollen uit de trein, doffen zich op in hun hotelkamer, Eetcafé Perroen aan het Vrijthof zit vol met ‘danstypes’. Dames met een onwaarschijnlijk rechte rug, heren met gespierde armen en slanke tailles. Iedereen op z’n paasbest aangekleed, want ons kent ons, zien en gezien worden en feestvieren met dans.

De middag vliegt voorbij met spacing (het aanpassen van het stuk aan de ruimte) voor de dansers, camerarepetities met de televisieploeg, en lichtcorrecties om ervoor te zorgen dat de stukken er niet alleen vanuit de zaal maar ook straks voor de buis mooi uitzien.

De voorstelling vanuit de coulissen

De techniek gaat eten, de dansers nemen nog een spa rood en een sigaret en rollen met hun spieren. Het ruikt in de gangen naar spierwarmende smeersels. De pendelbussen met publiek uit AINSI arriveren. Nog een laatste kop koffie, ik installeer me in de lichtcabine naast de belichters van Dutchview. De deuren gaan dicht, doek open, directeur Leontien Wiering opent het festival, met naast zich alvast het schaap uit Nanines voorstelling. De wethouder van cultuur reikt de prijs van de Nederlandse Dansdagen uit aan een winnaar die zo snel door de zaal naar voren sprint dat de volgspotter hem niet bijhoudt.

Het blijft spannend: drie stukken die nog nooit in één avond zijn gespeeld, die in no time zijn belicht en gerepeteerd, een decorwissel achter het doek die voor ons fatsoen echt niet langer dan vijf minuten mag duren anders wordt het publiek onrustig, een pauze van twintig minuten, die we desnoods kunnen rekken tot dertig als we niet op tijd klaar zijn voor SUB. Alles gaat goed. De stukken zijn prachtig, de techniek loopt op rolletjes, de dansers schitteren, iedereen blij.

Werklicht, alle technici op het toneel. Alles wat we morgen niet meer nodig hebben en wat in de weg staat, kan weg. Alles wat van de groepen is die er morgen niet meer zijn, moet weg. Het publiek borrelt na, of kijkt naar Pere Faura’s “Do You Have a Cigarette?” in de bovenzaal.

Ik heb van vandaag alleen de foto’s die ik tijdens de repetitie van Nanine Linning met mijn telefoon maakte. Het zijn bijna abstracte plaatjes, maar zo ziet dans eruit vanaf het zijtoneel.

Eerder gepubliceerd op Cultuurpodium Online.