Met meer dan 250 deelnemers kon de eerste Ticketing Professionals Conference in Birmingham op 25 en 26 februari 2016 bij voorbaat al niet stuk. De hashtag #TPC2016 zoemde rond op Twitter, en het was niet eenvoudig alle aanwezigen op tijd de zaal in te krijgen voor de opening: de koffie smaakte en het weerzien tussen collega’s die elkaar kenden uit het werkveld of van andere conferenties was feestelijk. Veel Engelsen, uiteraard. Een enkele Amerikaan, Canadees, Australiër, Spanjaard, Belg, Deen, Noor, en behalve ik nog één Nederlander. Er was een speciaal paars vlaggetje aan onze badge geplakt met ‘international delegate’ erop.
Verrassend genoeg ging de opening niet over kaartverkoop maar over leiderschap. Bruce Mayhew was uit Toronto overgevlogen met een verhaal dat in de twee dagen die volgden nog vaak geciteerd werd, zowel in andere presentaties als in de wandelgangen.
De babyboomers gaan met pensioen en hun rol wordt overgenomen door, of beter: gedeeld met, Generatie X en de Milennials. Op dit soort generalisaties valt altijd iets af te dingen, maar er valt ook iets van te leren.
De boodschap: zorg voor diversiteit in je team, fouten horen erbij (leer ervan en laat ze los), let bij het aannemen van mensen niet alleen op hun ervaring maar ook op hun waarden en hun ‘zachte’ vaardigheden. Geef je werknemers ruimte om te groeien, en invloed op de koers van je organisatie.
Zo, daar konden we het mee doen. De organisatie had het eerste punt gemaakt: de Ticketing Professionals Conference draait niet om glanzende presentaties van nieuwe snufjes maar gaat over deskundigheidsbevordering in de culturele sector.
Baker Richards heeft het ontwikkelen van prijsstrategieën voor cultuur door analyse van kaartverkoopgegevens tot kunst verheven, en heeft een flinke klantenkring in Engeland en de VS. Jammer voor ons is dat kaartverkoopsysteem Tessitura waaraan hun analyse-instrument is gekoppeld niet op de Nederlandse markt actief is. Maar Tim heeft altijd iets interessants te vertellen over recente projecten.
Wat hij graag zou zien bij zijn klanten is een zoekfunctie op de site waar de bezoeker kan aangeven wat hij wil zien, wanneer, en hoeveel hij wil betalen. Daar rolt dan uit dat wie per se op zaterdagavond wil, de portemonnee moet opentrekken, en wie zo goedkoop mogelijk een bepaald stuk wil zien beter op dinsdag kan gaan.
Kyle komt uit de VS, waar privacy een ander ding is dan in Europa. Wat hij op Broadway deed om meer bezoekersgegevens te verzamelen:
Europeanen in de zaal met juridische kennis kregen massaal bultjes van dit verhaal. “Doe één van deze dingen in Europa en je gaat de bak in!” riep iemand.
Een voorbeeld uit Engeland dan maar. Two Circles werkt met klanten uit de sport en de cultuur en helpt hen om hun data te gebruiken om meer kaarten te verkopen. Ze doen analyses op enorme hoeveelheden data maar hebben een aantal tips die de toehoorders thuis direct kunnen toepassen, zoals:
Behoudender dan de voorbeelden uit de VS, minder ambitieus maar niet minder praktisch. Al vraag ik me af hoe vaak er tijdens de kaartcontrole tijd is voor een goed gesprek.
De heren deden een boekje open over allerlei Europese wetten en regels die direct of indirect gevolgen hebben voor online kaartverkoop.
Met andere woorden: als je het netjes wilt doen moeten alle toeslagen inbegrepen zijn in de ticketprijs. En volgens Jonathan en Roger krijgen organisaties die dat doen geen klachten van het publiek: ook bezoekers zijn blij met duidelijkheid.
Na een paar minuten stond er iemand op van The Edinburgh Fringe om uit te leggen dat ze dit soort kwesties uitgebreid had besproken met haar juristen en dat de conclusies anders waren. Creditcard toeslagen zijn niet iets waar zij invloed op heeft, het zou oneerlijk zijn ook wie een andere betaalmethode kiest deze toeslag te laten betalen. Kaarten voor het festival zijn door de hele stad te koop, en elk verkooppunt rekent zijn eigen opslag. The Fringe kan dus nooit in de brochure een uniforme prijs tonen.
Jonathan en Roger gaven toe dat ze het wat stellig gebracht hadden om te provoceren, en dat de soep vaak minder heet wordt gegeten dan opgediend. Maar als je het anders doet dan de letter van de wet voorschrijft moet je daar wel een heel goed verhaal bij hebben. Zoiets als The Edinburgh Fringe dus.
Een pretpark is volgens de heren niet geïnteresseerd in klantenbinding. Een klant komt één keer en daar moet zoveel mogelijk aan verdiend worden. In geld, en steeds meer ook in data.
Niet dat theaters dit ook allemaal zouden moeten doen, maar ook als je er een deel van doet verdien je een deel van de 35 euro (!) die een pretpark per persoon extra verdient bovenop de entreeprijs.
De handel in domeinen is big business: Google betaalde 25 miljoen voor .app, en .shop ging voor 45 miljoen over de toonbank. Slimme handelaren kochten voor 200 duizend .sucks, en verkopen individuele domeinnamen voor weinig aan wie een merk belachelijk wil maken maar voor veel aan wie het eigen merk daartegen in bescherming wil nemen.
Steves bedrijf Accent Media is eigenaar van .tickets. Hun doel is zorgen dat deze domeinnamen bij de juiste partij terechtkomen. Dus toen een wederverkoper Lionking.tickets aanvroeg werd de naam direct aangeboden aan Disney. Een sportclub kan zijn eigen domeinnaam kopen. Maar ze breken zich bij Accent Media bijvoorbeeld het hoofd over de vraag wie Oasis.tickets moet kunnen kopen: de band zelf, hun producer, een grote kaartverkooppartij?
Voor veel toehoorders was het verhaal wat aan de abstracte kant, maar voor Steve is .tickets een belangrijk wapen in de strijd tegen illegale wederverkoop van tickets.
Tincan is een Engelse webbouwer met een flink aantal theaters als klant. Ze legde uit hoe frustrerend een webproject kan zijn in combinatie met kaartverkoop:
Onderliggend probleem is een gebrek aan kennis over techniek en projectmanagement bij culturele organisaties. Men weet niet wat er mogelijk is, beschikt niet over het vocabulaire om goed te formuleren wat men wil. Men beseft niet dat website en online kaartverkoop bij elkaar horen, altijd aan elkaar gekoppeld moeten worden en dat dat niet vanzelf gaat.
Ook constateert Nadine een gebrek aan samenwerking binnen een organisatie. Als webbouwer spreekt ze de marketingafdeling, niet de mensen van de kaartverkoop. Marketing beslist over de website, kaartverkoop over de webshop. Dat de shop bij de site hoort is helaas niet iedereen duidelijk.
In Nederland wordt het steeds meer gebruikelijk om de webbouwer ook de webshop zelf te laten bouwen in plaats van de kant en klare webshop van het kaartverkoopsysteem te gebruiken. Dat is technisch best een ingewikkelde klus, maar het resultaat heeft als grote voordeel dat voor de bezoeker het uitkiezen van een stoel en de betaling gewoon bij het bezoek aan de website hoort in plaats van iets wat op een aparte site lijkt te gebeuren. De bereidheid onder de Tincan klanten om voor die optie te kiezen is zo te horen uiterst klein.
Tijdens de discussie die volgde op Nadines verhaal bleek dat dergelijke integratieprojecten in Engeland sowieso minder gangbaar zijn dan bij ons. Daar is nog een slag te halen voor hen; ik kreeg na afloop een aantal visitekaartjes in handen gedrukt met het verzoek contact te leggen met Nederlandse webbouwers die ervaring hebben met geïntegreerde kaartverkoop.
The Edinburgh Fringe is het grootste kunstfestival ter wereld en daar zijn de sprekers apetrots op. Uitgebreid doen ze uit de doeken hoe het festival samen met partner VIA Tickets de inschrijving van de acts regelt, die elk hun eigen kaartverkoop mogen regelen naast de centrale festivalverkoop, hoe ze de kaartverkoop zelf regelen via vele kanalen en op vele plekken in de stad en online, en hoe direct na de evaluatie van het festival de aanloop naar de volgende editie begint.
Dat was het slotakkoord waarvoor velen waren gebleven: de ‘leegloop’ die je regelmatig ziet op de laatste middag van congressen omdat iedereen naar de trein, het vliegtuig of de kroeg wil, viel op de Ticketing Professionals Conference reuze mee.
“The aim of Ticketing Professionals Conference is to maximise learning and engagement” staat op de website van de conferentie. Er waren, met uitzondering van de opening en de afsluiting, telkens drie parallelle lezingen, dus om het geheel te overzien is het wachten op verslagen van collega’s die de andere sessies bezochten. Ik heb in elk geval mijn best gedaan om zo veel mogelijk op te steken voor mijn eigen ontwikkeling en bedrijf en voor mijn klanten. Het was te merken dat de organisatoren van het congres uit het werkveld komen. Het programma zat inhoudelijk goed in elkaar, en de grote belangstelling ervoor, en de informele sfeer tijdens het congres, is te danken aan hun eigen inbreng en netwerk. Op naar #TPC2017!
Vernieuwende internationale podiumkunsten Van Baasbank & Vos, opgericht door Jaap van Baasbank en JG Baggerman…
Spraakmakend theaterpodium ITA, voorheen Stadsschouwburg Amsterdam, is van oudsher het belangrijkste theaterpodium van Nederland. Spraakmakende…
Hedendaagse podiumkunst in historische gebouwen Twee prachtig verbouwde en gerestaureerde gebouwen in het centrum van…
Theater ingebed in de lokale cultuur Naast het treinstation van Houten ligt Theater Aan de…
Momumentale evenementenlocaties Stadsherstel Amsterdam heeft tien bijzondere en exclusieve locaties die op incidentele basis worden…